Bedreiging

Artikel 285 Sr
Wordt u verdacht van bedreiging?
Direct een advocaat nodig?

Niet iedere bedreigende uitlating is strafbaar

Een uitlating

De strafbare bedreiging is geregeld in artikel 285 Sr en is een misdrijf tegen de persoonlijke vrijheid. Wil een uitlating kunnen worden beschouwd als een strafbare bedreiging, dan moet wel voldaan zijn aan een aantal voorwaarden. Allereerst moet de bedreigende uitlating van zodanige aard zijn dat deze de vrees voor een inbreuk op de persoonlijke vrijheid kan opleveren. Verder moet de uitlating passen binnen de opsomming van vormen van bedreiging die in de wet zijn opgesomd. Zo is een bedreiging met een eenvoudige mishandeling geen bedreiging.

Vrees

Mocht er sprake zijn van een bedreigende uitlating die is opgesomd in de wet, dan moet de bedreigde ook nog eens de vrees hebben gehad dat de bedreiger daadwerkelijk de uitlating zal uitvoeren. Zeg maar dat bij hem of haar daadwerkelijk het idee is ontstaan dat het feit wel eens zou kunnen worden uitgevoerd.

Concreet

Bijkomend moet de uitlating voldoende concreet zijn. Wat eigenlijk betekent dat de bedreigde het voor zich kan zien. Een te vage of onduidelijke bedreiging kan om die reden evenmin worden aangemerkt als een strafbaar feit.

Opzet tot vrees

Ook als de bedreiging voldoende concreet is, moet de bedreiger nog de opzet, of intentie hebben gehad om de bedreigde die vrees toe te brengen. Het element ‘opzet’ houdt in dat diegene het daadwerkelijk zou kunnen of willen uitvoeren, dan wel de nadelige gevolgen op de koop toe neemt.

Wetenschap bij een specifiek persoon

Ten slotte moet de bedreigde kennis hebben gehad van de bedreiging. Bereikt de uitlating de specifieke persoon niet, dan kan er geen sprake zijn van een voltooid delict. De grens is heel erg dun. Niet elke uitlating kan derhalve een strafbaar feit opleveren.

Vormen van bedreiging

Mondeling, schriftelijk of met een terroristisch misdrijf

Een bedreiging kan zich uitten in verschillende vormen. Gedacht kan worden aan een mondelinge bedreiging met de dood, een zware mishandeling, aanranding of met verkrachting. Bedreigend kan bijvoorbeeld ook zijn een vernieling van wat iemand dierbaar is. De zogenaamde ‘verbale’ bedreiging is slechts een vorm van dit feit. Een schriftelijke uitlating, zoals een e-mail of brief met daarin een dreiging met een misdrijf kan bij een ander vrees opleveren dat de bedreiger zijn of haar bedreiging daadwerkelijk gaat uitvoeren. Een bedreiging met een terroristisch misdrijf is de laatste uitingsvorm van dit misdrijf en is meteen straf verzwarend.

Beïnvloeden van gedag versus dreigen

Voorwaardelijke opzet

De bedreiging moet de bedreigde hebben bereikt. Maar wat als de bedreiging niet rechtstreeks aan de bedreigde is gedaan? Dan komt de theorie van de voorwaardelijke opzet om de hoek. Een goed voorbeeld is te vinden in een uitspraak van de Hoge Raad van 30 oktober 2012. Voorwaardelijk opzet betekent dat de verdachte bewust moet zijn van de mogelijkheid dat de bedreigende uitingen bij de beoogde persoon terecht zouden komen. Bij voorwaardelijk opzet gaat het om het willens en wetens bewust aanvaarden van de aanmerkelijke kans. De verdachte moet wetenschap hebben gehad van de aanmerkelijke kans dat het gevolg zal intreden en die kans ten tijde van de gedraging bewust hebben aanvaard.

Omdat iedereen recht heeft op een uitstekende verdediging

Strafrecht advocaat nodig?

Neem contact op voor een vrijblijvend adviesgesprek op onze kantoren in Leiden en Delft of online.